Naar boven

Historie

Het vervaardigen van keramiek is een ambachtelijke kunst. Het vereist vakmanschap, vaardigheid en kennis.

Vanuit deze eeuwenoude traditie werken wij nog steeds, en we kunnen hierbij bouwen op meer dan vier eeuwen ervaring die van generatie op generatie is overgedragen.

Royal Goedewaagen kent namelijk een rijke historie, die helemaal teruggaat tot het jaar 1610.




1610

Het begon allemaal in 1610, in Gouda.
In dit jaar begint Jacob Pietersz pottenbakkerij ‘De Star’. Deze volksaardewerkfabriek maakt in eerste instantie alleen etenspotten, voederbakjes en drinkbekers. Deze worden voorzien van een laagje geel of groen glazuur en vinden jaarlijks hun weg naar honderden 17e-eeuwse klanten.

Al snel onderscheidt de Star zich van andere pottenbakkerijen door ook half industrieel aardewerk te maken. De derde eigenaar van De Star verwierf het alleenrecht op het maken van pijpenpotten voor de ovenstook, en ook op suikerpotten en trechters voor de suikerraffinaderijen. Vanwege de brandveiligheid in Gouda mochten pijpenmakers in Gouda namelijk niet zelf stoken, dat gebeurde bij de pottenbakkers.

Eind 18e eeuw breidt De Star nog verder uit: ze kocht een aantal kleine pijpmakerijen op en liet alle pijpen op één adres stoken in Gouda.

1779

Toeback, meegebracht door de schepen van de VOC, wordt steeds meer gerookt, en de productie van kalkpijpen groeit enorm. Dirck Goedewaagen, een pijpenmaker, wordt in dit jaar opgenomen in het Goudse pijpenmakersgilde.

‘De Star’ komt in het bezit van de Goudse familie de Jong. Pieter, de kleinzoon van Dirck Goedewaagen, ook pijpenmaker, zal uiteindelijk verliefd worden op een dochter van de familie De Jong en met haar trouwen.

1853

Pieter Goedewaagen koopt de volksaardewerkfabriek De Star op. De familie Goedewaagen, al decennia zelf pijpenmakers, heeft inmiddels veel ervaring opgedaan in het transporteren van goederen naar het buitenland. Deze kennis kan nu worden ingezet om het aardewerk dat de Star maakt, zo efficiënt mogelijk te vervoeren naar de 18e-eeuwse klant.

Deze ontwikkelingen zorgen ervoor dat Goedewaagen de grootste pijpenmakerij van Nederland, en later zelfs van Europa wordt.

1910

Goedewaagen krijgt een koninklijke onderscheiding. Ook op andere gebieden gaat het Goedewaagen in deze jaren voor de wind. De fabriek is internationaal gezien een grote speler op het gebied van de productie van kleipijpen.

Door de overname van de Amsterdamse plateelfabriek ‘De Distel’ in 1923 haalt Goedewaagen nog meer vakmensen in huis en gaat ze ook Jugendstil en Art Deco-vormen en decors maken. De Jugendstil-modellen van de wereldberoemde ontwerper Bert Nienhuis worden klassiekers.

Voor scheepvaartmaatschappijen als de Koninklijke Pakketvaart Maatschappij en de Java-China-Japan-Lijn ontwerpen we tegeltableaus in Art Deco-stijl. Deze werden destijds als toonaangevend beschouwd.

1923

Vanaf 1923 wordt Goedewaagen een belangrijke stageplaats voor jonge keramisten die door Bert Nienhuis opgeleid worden aan de kunstnijversschool Quellinus (later de I.v.K.N.O in Amsterdam. Vanaf de jaren 30 wordt de productie van handgedraaide modellen overgezet in die van gietmodellen.
In de tweede helft van de jaren 30 wordt voor een nieuwe productielijn bij Goedewaagen een grote reeks handgedraaide, oude modellen van De Star gerealiseerd, naar ontwerp van de Rotterdamse kunstenaar Jaap Gidding (1887-1955).

In 1938-1939 werkte ook de ontwerper-keramist Willem Stuurman (1908-1955) bij Goedewaagen. Van hem is ook een aantal handgedraaide ontwerpen bekend. Van 1952 tot 1959 werkte de potter-ontwerper Zweitse Landsheer (1928-2010) voor Goedewaagen. Met zijn handgedraaide aardewerk leverde hij een innovatieve bijdrage aan het Goedewaagen-design van met name gebruiksgoed. 

1963

Geleidelijk wordt de verhuizing naar Nieuw-Buinen ingezet. De combinatie van goedkope arbeidskrachten, de hoge werkloosheid in Nieuw-Buinen en lagere energiekosten door het gebruik van aardgas zijn voor Goedewaagen de belangrijkste redenen om naast de hoofdvestiging in Gouda ook een fabriek te openen in Nieuw-Buinen in 1963.

In 1974 gaat het bedrijf volledig over naar Nieuw-Buinen.

De grootste concurrent van Goedewaagen, Plateelbakkerij Zuid-Holland, gaat failliet. Royal Goedewaagen neemt de moedermallen van deze Goudse sieraardewerkfabriek over. Deze overname zorgt voor nieuwe impulsen en er worden grote opdrachten binnengehaald, waaronder de productie van de welbekende KLM-huisjes (1965-1995).

1989

Met gepaste trots wordt het huidige Keramisch Museum geopend. In de expositieruimtes wordt niet alleen de rijke historie van Goedewaagen getoond, maar de hele keramische geschiedenis van het Nederlands aardewerk sinds 1875 bestudeerd. Jaarlijks vinden 5000 bezoekers hun weg naar ons museum. Gemiddeld vinden er tien tentoonstellingen per jaar plaats.

In dit jaar neemt Goedewaagen neemt ook de fabriek van sieraardewerk en modern design ‘Flora’ over. Nieuwe moderne vormgevers als Floris Meydam en Dorothé van Agthoven staan bekend om hun gedurfde ontwerpen.

2013

In dit jaar volgt de overname van het in Schoonhoven gevestigde Urnencentrum Nederland, de grootste toeleverancier van Nederland op het gebied van handgedraaide urnen.

2016

In 2016 breidt Goedewaagen nog verder uit. Er vindt opnieuw een overname plaats, namelijk die van de ambachtelijke tegelmaker Albarello uit het Friese Menaldum.